Integriteitsnota

Aanspreekpunt Integriteit (API)  

Bergop vzw hecht voortdurend belang aan het thema ‘integriteit’ en streeft naar preventie, vorming en sensibilisering op dit vlak. Daartoe werd een integriteitsbeleid op maat van de vereniging ontwikkeld met een passend reactiebeleid. Deze beleidsnota is van toepassing bij alle activiteiten en initiatieven van Bergop vzw.  

Vanaf 1 januari 2024 heeft de vereniging een eigen aanspreekpunt integriteit (API) in de persoon van Ashley Van Vooren. Zij werd voorgedragen door de dagelijkse leiding en kreeg goedkeuring van de Raad van Bestuur.  Ashley heeft jaren ervaring als kinderbegeleidster en heeft op 1 en 6 juni 2024 een aanvullende vorming gevolgd bij het Centrum Ethiek in de Sport.  

Wat ziet Bergop vzw als grensoverschrijdend gedrag?  

Grensoverschrijdend gedrag omvat alle vormen van gedrag die jouw persoonlijke grenzen overtreden en als ongewenst worden ervaren. Wat als acceptabel of onacceptabel wordt beschouwd, varieert sterk per individu en wordt mede beïnvloed door culturele en maatschappelijke normen. Het is belangrijk om duidelijk te communiceren over wat voor jou wel of niet aanvaardbaar is, om verwarring te voorkomen. Voorbeelden van grensoverschrijdend gedrag zijn onder andere pesten, ongewenste seksueel gedrag, geweld, intimidatie, stalking, discriminatie en chantage.  

  • Pesten omvat gedragingen die erop gericht zijn iemands persoonlijkheid, waardigheid of integriteit aan te tasten, of die een vijandige of kwetsende omgeving creëren. Dit gedrag kan verbaal, non-verbaal of fysiek zijn en vindt vaak over een langere periode plaats. Voorbeelden zijn systematisch roddelen, beledigende inhoud verspreiden via sociale media, of iemand sociaal isoleren. Het is belangrijk om pesten te onderscheiden van wederzijdse conflicten of onschuldige plagerijen. 
  • Discriminatie betekent dat iemand in een vergelijkbare situatie ongelijk behandeld, achtergesteld of uitgesloten wordt op basis van persoonlijke kenmerken. Dit kan betrekking hebben op afkomst, geslacht, huidskleur, seksuele voorkeur, leeftijd, religie, handicap of chronische ziekte. 
  • Ongewenst seksueel gedrag omvat elke vorm van verbaal, non-verbaal of fysiek gedrag met een seksuele connotatie dat iemands waardigheid aantast of een bedreigende, vijandige, beledigende, vernederende of kwetsende omgeving creëert. 
  • Geweld verwijst naar zowel psychische als fysieke vormen van intimidatie, aanvallen, bedreigingen of stalking. Dit kan variëren van verbale agressie (zoals vloeken en schelden) tot bedreigingen en fysiek geweld. 

Wat is de doelgroep?  

Bergop vzw ziet alle stakeholders van de vereniging als doelgroep voor dit beleid:  

  • Het voltallige bestuur 
  • Alle docenten 
  • Alle deelnemers aan activiteiten en bij uitbreiding hun ouders (of wettelijke voogden)
  • Alle partners en klanten 

Wat is een API? 

Als jonge creatieveling, beweger, ouder, begeleider, danser of andere betrokkenen bij onze organisatie kan je bij onze Aanspreekpersoon Integriteit (API) terecht met een vraag, vermoeden of klacht over (seksueel) grensoverschrijdend gedrag zoals pesten, discriminatie of schending van de lichamelijke of seksuele integriteit. De API is het eerste aanspreekpunt en vertrouwenspersoon. De API luistert naar je vraag of verhaal, behandelt je melding in alle vertrouwen en verwijst door wanneer nodig of verleent advies bij de mogelijke vervolgstappen zonder zich inhoudelijk in de zaak te verdiepen. De API velt geen oordeel over de materie.  

Wie is onze API?  

Ashley Van Vooren is de vertrouwenspersoon en API binnen Bergop vzw. Ze is geen bestuurslid en kan zodoende onafhankelijk handelen.  

Je kan haar bereiken via ashley@bergop.org

Taken van een API: 

De API gaat aan de slag met wat jij vertelt waarin elke melding serieus wordt genomen en onderzocht wordt:  

  1. Eerste contact: De API is het eerste contact bij meldingen. Zij luistert naar jouw verhaal en probeert zo de situatie in te schatten.  
     
  2. Coördinatie & doorverwijzing: Vervolgens zal de API samen met de melder bekijken hoe de situatie het best kan worden aangepakt en eventueel doorverwijzen naar andere organisaties. De API probeert de situatie zo goed als mogelijk te begrijpen en contacteert eventueel andere betrokkenen of instanties. Dat gebeurt altijd in overleg met de persoon die de melding doet.  
     
  3. Opvolging: De API volgt de situatie verder op. Samen bekijken ze hoe de nazorg het beste kan worden aangepakt totdat alles afgehandeld is.  
  4. Organisatie van preventieactiviteiten en ondersteuning: De API biedt het team ook de nodige knowhow en ondersteuning voor om te gaan met grensoverschrijdend gedrag.  

De API gaat altijd heel discreet te werk, maar heeft geen beroepsgeheim. Als de API een melding krijgt die volgens haar bedreigend is, zal die de politie of een andere instantie contacteren. Dat gebeurt wel altijd na overleg met de melder. De API heeft vooral een adviserende rol. De focus van de API ligt op het welbevinden van de betrokken partijen.  

Wat doet de API niet? 

  1. Hulpverlening: De API is geen hulpverlener en zal geen persoonlijk begeleidingstraject opstarten. Wel zal de API elke melding zo goed mogelijk opvolgen en ervoor zorgen dat er een goede doorverwijzing is naar de nodige hulpverlening 
  2. Onderzoeken: De API spreekt met de betrokkenen en probeert een goed beeld te krijgen van de situatie. Op basis daarvan zal de API de meest geschikt opvolging voorzien. De API zal echter nooit op onderzoek gaan naar wie juist de schuldige is en de reden waarom die schuldig is.  
  3. Publieke bekendmaking: De API heeft geen beroepsgeheim, maar zal een melding nooit doorvertellen aan personen die niet kunnen helpen bij de opvolging.  

Reactieplan  

Dit plan beschrijft de stappen die een API kan zetten bij een vermoeden, onthulling of vaststelling van grensoverschrijdend gedrag ten aanzien van onze jongeren. Her reactieplan bevat 4 fases:  

  1. Vermoeden, onthulling en vaststelling  

In de eerste fase komt het vermoeden, de onthulling of de vaststelling van een incident terecht bij de API of andere begeleider. Al onze medewerkers zijn op de hoogte van ons systeem en kennen ons stappenplan. Als eerste contact is het belangrijk om altijd de ernst en urgentie van de situatie in te schatten en het API zo snel mogelijk op de hoogte te brengen.  

Hieronder vind je enkele tips die worden meegegeven met onze begeleiders en medewerkers:  

  • Probeer zo snel mogelijk contact te maken met de API om je vermoedens te bespreken. 
  • Luister actief naar de vraag of klacht zonder te oordelen of suggesties te doen. 
  • Doe geen beloftes over vertrouwelijkheid of andere zaken die niet kunnen worden nagekomen. 
  • Informeer de betrokkene over de stappen die je zal nemen. 
  • Zorg zoveel mogelijk voor de veiligheid van de betrokkenen. 
  • Maak een eerste inschatting van de ernst van de situatie en bespreek dit met de API .
  • In acute gevallen moeten de ouders van de betrokkenen zo snel mogelijk op de hoogte worden gebracht van de situatie .
  • Bied zoveel mogelijk ondersteuning aan de betrokkene (emotionele steun, begeleiding naar medische hulp, enz.)  

Deze richtlijnen helpen om op een gevoelige en effectieve manier om te gaan met situaties van integriteitsschendingen binnen onze organisatie.  

  1. Overleg & Advies 

In de tweede fase vindt intern overleg plaats en kan er advies worden ingewonnen bij externe diensten. De API neemt zo snel mogelijk contact op met de begeleiders en het noodteam om een overleg in te plannen. Dit moet zo snel mogelijk gebeuren zodat de API alles kan overnemen, mits de betrokkenen hiermee instemmen.  

We hebben besloten om Sabine Mattheeuws en Joyce Vanlersberghe aan te stellen als noodteam. Zij zullen samen met de API en de begeleider beslissen over de volgende stappen en kijken of er externe diensten nodig zijn. Het noodteam heeft geen direct contact met de betrokkenen. Tijdens het overleg wordt ook beslist over het contact met de ouders.  

  1. Interne afhandeling en/of melding bij hulpverlening of politie/justitie 

In de derde fase, afhankelijk van de ernst van de situatie en extern advies, kan het noodteam beslissen om een vermoeden, onthulling of vaststelling als volgt te behandelen:  

  • Interne afhandeling: verdere communicatie met de familie van de betrokkenen om hen op de hoogte te brengen, steun te verlenen, de mogelijke vervolgstappen uit te leggen en hen te informeren over hun rechten en opties 
  • Melding bij hulpverlening: het incident rapporteren aan de relevante hulpverleningsinstanties 
  • Melding bij justitie of politie: bij uiterst extreme incidenten, wort  

Het noodteam zal samen beslissen over de te nemen acties en of er externe diensten moeten worden ingeschakeld.  

  1. Opvolging en evaluatie 

De laatste fase van het reactieplan omvat de opvolging van de genomen stappen bij een vermoeden, onthulling of vaststelling van een incident. Deze opvolging vindt plaats direct na elke incident en wordt bij voorkeur enkele maanden later herhaald. Het is van groot belang om na elk incident een grondige evaluatie uit te voeren van de reactie.  

Door stappen zorgvuldig te evalueren, kan het reactieplan niet alleen als leidraad dienen voor het omgaan met incidenten, maar ook als aanzet voor het nemen van preventieve maatregelen om nieuwe incidenten te voorkomen.  

Gepaste ondersteuning en hulp 

  • AWEL: luister naar kinderen en jongeren met vragen of problemen. Bereikbaar via telefoon (102) dagelijks van 16u tot 22u, behalve op zon- en feestdagen. Ook per mail (brievenbus@awel.be) en via chat op www.awel.be dagelijks van 18u tot 22u. 
      
  • 1712: Voor vragen over geweld of misbruik, voor slachtoffers en daders, ongeacht gender of seksuele oriëntatie. Bereikbaar op werkdagen van 9u tot 17u. Gratis en discreet.  
     
  • Chatbox van Vertrouwenscentra Kindermishandeling: Anoniem chatten met gespecialiseerde medewerkers op specifieke avonden. Voor vragen over misbruik en andere mogelijkheden 
     
  • CAW/JAC: Voor diverse vragen en problemen. Contact per mail, chat, telefoon of persoonlijk bezoek